Een overrompelende performance - Joep van Ruiten, Dagblad van het Noorden Over de Nacht van het Gedicht te Goirle op 30-01-2009 Een aantal verslagen van de 13e Nacht van het Gedicht te Goirle Het Brabants Dagblad: Door Joost Cioutziers Tsead Bruinja, de Friese. dichter die in de race was voor de titel Dichter des Vaderlands, maar werd overtroffen door Ramsey Nasr, is sterk op klank gericht. Hij praat eerder in lettergrepen dan in woorden en dat maakte zijn optreden boeiend, maar wonderlijk.' Bron: Brabants Dagblad, 02-02-2009 Verslag door Ben LoonenTsead Bruinja (Rinsumageest, 1974) meldt ons dat er betekenissen op de loer liggen die dit gedicht kunnen bederven. Ach kijk, zit het zo? Betekenis is bederf. Hij had zo graag Dichter des Vaderlands willen worden, maar het stemvolk heeft hem als onbetekenend dichter afgeserveerd. Hij komt niet als een sympathieke gast over het voetlicht, zijn mercantiele probeersels, hoewel grappig bedoeld, helpen hem ook niet. Wat hij allemaal te berde brengt, blijft ook bagger, ondanks zijn bezwering: als je lang genoeg naar ruis luistert… Verslag door Aleydis Overmeer De Fries Tsead Bruinja treedt aan. Zijn gezicht en zijn spreken ken ik terug van de tv, hij was genomineerd voor de verkiezing van de Dichter des Vaderlands. Ook werkt hij mee aan het project ‘Eenzame Uitvaart’. Dichters wordt gevraagd een gedicht te schrijven bij een begrafenis waarbij geen nabestaanden komen uitzwaaien. Hij laat ons horen hoe hij voor een overleden man die na vijf huwelijken waaruit ook kinderen werden geboren, zijn gedicht schreef. Mooi! De prijzen noemen van iedere dichtbundel die te koop is, vind ik niet chique. Op het festival ‘Uit het totaal’ maakten dichters een uitstapje naar andere kunstvormen dan het woord. Het resultaat was bedroevend. “Ik zou niet weten hoe je hier tekst bij moest schrijven. Ga er maar aanstaan!” Door Michel Dijkstra De stem van dichter Tsead Bruinja galmt door de bioscoopzaal. Hij draagt op een indringende, bijna bezwerende toon voor. Dan begint hij plotseling te schreeuwen: “Hé tafel, hé stoel bij de tafel, hoi!” Bron: Universiteitskrant Groningen, UK 12, 20-11-2008
Uit: Zon sensatie - Zonnewende in Flevoland 21 juni - Verslag Door John Zwart De dichter die opent is onze welbekende Friese Amsterdammer Tsead Bruinja,
hij doet dat met een klankperformance. Daarmee komt hij sterk binnen, leest
uit zijn pas uitgekomen tweetalige bundel "de geboorte van het zwarte Bron: http://www.hernehim.nl/literair.htm Behaaglijke kunst in de beeldentuin De Affaire - Anneke mag vaker vreemd gaan Zondagmiddag wordt de Affaire afgetrapt in de ruïne. Het programma belooft een spannende combinatie tussen flamencogitarist Jaap van Keulen, dichter Tsead Bruinja en ex-Gathering zangeres Anneke van Giersbergen. Vooral door die laatste naam zit het al vroeg vol op de heuveltjes rond de Barbarossa-ruïne en Annekes zoontje Finn warmt het publiek op met zijn capriolen voor de monitoren en tussen alle apparatuur. Park met poëzie en tokkende kippen Bron: http://www.pzc.nl/extra/kunstencultuur/article1510951.ece Het Poëziecentrum geeft extra aandacht aan jonge dichters door Thea van der Schoot 'Bang voor de bal' - nieuwe Nederlandse bundel van Tsead Bruinja -
Presentatie in feestelijke sfeer. achtergrondinformatie vanaf vier hoog klinkt het verkeer op de ring de jongen en de zwerm passeren obstakels ik zit over mijn papieren met achtergrondinformatie hoe de boom op de binnenplaats de zwerm lijkt de jongen uit het oog verloren ik hoor achter me hoe de buurvrouw en opgelucht uitademt half elf het stel op de eerste verdieping en ik bereid in kaarslicht en straatrumoer mijn vrouw slaapt
het regent en de specialist op het gebied van kozijnen zegt ik zit aan tafel met mijn onderbuurman die na vijf jaar vroeger schreef ik gedichten over mijn vader en moeder nu luister ik naar mijn buurman in uw huis zullen mensen wonen mensen die u niet kent ze worden ouder ze proberen de kilo's eraf te lopen ze zwaaien een kind uit hun leven is een koelkast ik weet het er liggen betekenissen op de loer ergens zingt iemand kom niet samen drijf een wig maar mijn vrouw houdt mijn week oude nichtje op haar schoot we bespreken hoe het moet met de werkkamer een zucht en het kind verdwijnt uit onze gedachten stiekem terwijl we al lang over iets anders praten het ademt en het beweegt © Tsead Bruinja door Olaf Risee ...Snel door dan maar naar Kunstgalerij Ludwig Trossaert alwaar Tsead Bruinja
en Daniël Dee een gezamelijk programma brachten. Een uurtje flux de bouche,
vooral Dee weet veel woorden in weinig tijd te proppen: 'toen kwam jij langs
met een grote pantervelletjeshandtas type tikkeltje ordinair je liedjes
kinderlijk onverstaanbaar gezongen vol overgave ik gaf me over aan jou en Bron: http://risee.web-log.nl/risee/2006/09/vandaag_togen_d.html Het steeg in de Steeg door Werner Spaland D'r was poëzie, poëzie, poëzie, poëzie en d'r was muziek... Poëzie tussen roodfluwelen behang Het kaf is uitgezaaid. Bron: http://desyssepanne.web-log.nl/desyssepanne/2006/03/index.html Poëzienacht vergt hersengymnastiek 'Prachtig, prachtig'- Theodor Holman tijdens het programma Desmet Live over de voordracht van een gedicht door Tsead Bruinja - April, 2005 Een literaire jukebox op Schiermonnikoog Spraakverwarring op Schiermonnikoog De extraverte Fries Meanderende evocaties van ontzette geplette sonnetten door Linguina De volgende kandidaat was de inmiddels in Amsterdam wonende Fries Tsead Bruinja. Opmerkelijk is dat, hoewel de gedichten van Tsead de indruk wekken in een vloek en een zucht geschreven te zijn, ze op het podium er een wezenlijk kenmerk bij verwerven. Het worden meanderende evocaties van ontzette geplette sonnetten. Zijn optreden was als een diapositief van een vallende sterrennacht. Tsead takelt de taal soms toe opdat het instinct de wil overneemt, opdat het hartebeest sprakeloosheid woordenstromend het hoogste woord krijgt. Bovendien zet hij veelvuldig de val van het toeval, om de geest van het vlees op zijn levendigst gevangen te zetten. Dichten is een voortdurende worsteling tussen toeval en opzet en wat dat betreft gaat het werk van Tsead soms gebukt onder een teveel aan barokke uithalen, wat ten koste gaat van de taalgevoeligheid en subtiliteit. Immers hoe vrijer de taal hoe meer kans dat ze met zichzelf op de loop gaat. Dichtkunst is volgens Heidegger de oertaal van een volk. Het zijn dichters als Holderling die de taal laten spreken zoals ze nooit gesproken heeft. De dichter is volgens hem dan ook geen maker, geen ziener, geen medium, maar een positie van waaruit de taal spreekt. Ook bij Heidegger dient de oorsprong van de taal in ritme te worden gezocht. Taal zou zijn ontstaan uit een trillingsstructuur. Tsead slaagt erin zijn gewaarwordingen tastbaar te maken en de maalstroom van het moment aan gedachten en gevoelens, handen en voeten te geven. De toehoorder te laten aanvoelen wat het verstand niet kan begrijpen : het is alsof zijn zinnen tastzin proberen te verkrijgen. Tsead laat de taal sprankelen in al haar mateloze materialiteit, waaronder geen andere diepte lijkt schuil te gaan dan de afgrondelijke gewaarwording zelf....de winnaar was Tsead Bruinja. Het hart heeft alles te maken met ritme en resonantie en we hoorden Tsead Bruinja dappere pogingen doen om net als Walt Witman zijn tong in ons hart te laten plonzen. Hij laat de zinnen zelf aan het woord, want hij spreekt haast in tongen. D.w.z. de resonantie van grote voorgangers zijn niet van de lucht, maar hij weet : als hij het gebied onderzoekt tussen zintuigen en geest, dan zijn er eigen ervaringen in voort te laten zingen. De jury vond hem kloten hebben zonder plat te worden en meende dat alles tast- hoor- en proefbaar was tijdens zijn bijzonder goede voordracht. Poezie als een maalstroom van gedachten en gewaarwordingen, als was ‘t het gebed achter de platte werkelijkheid. Niet de associatie maar de dissociatie : met een ontregeling van het vanzelfsprekende voor ogen, worden woorden, begrippen en dingen zonder onderling verband naast elkaar en tegen elkaar aan - en opgezet, zodat er na zijn voordracht een luidruchtige stilte mijn hoofd in en uit golfde en ik mijn hart kon laten uitspreken. bron: http://www.cafehelmers.nl/dichtersinhelmers/04042004/index.htmlterug naar boven Fris en energiek door Edwin Fagel(...) De jongelingen (ook o.a. Dimitri Verhulst, Tsead Bruinja, Hagar Peeters) stelen de show, en daar kan ik alleen maar tevreden over zijn. Het maakt de Nacht fris en energiek(...) bron: De recensent terug naar boven Dit lukt hem niet door Anton de Goede (...)Aan de sinds kort in Amsterdam woonachtige Friese dichter Tsead Bruinja is het dan om het succes van Stitou te overvleugelen. Dit lukt hem niet. Al probeert hij de aandacht te krijgen door nogal cabaratesk in zijn inleiding op een titelloos - gedicht te melden dat het hier een 'advies aan onze fietsende minister' betreft. Donner dus (?). Dan volgt een loffelijke poging van de dichter op deze avond waar al genoeg te lachen valt een iets serieuzer en complexer werk te laten horen. Jammer: het publiek weet weinig raad met de regels: 'na een lange tocht door de kanalen / wordt het gat in de kajak gedicht met spek / onze achteruithollende ogen de vermoeide fooi / van mensen die mensen nadoen.' Het gedicht niet eerder gepubliceerd is gelukkig opgenomen in de speciaal deze nacht door Vredenburg uitgegeven bundel waarvoor de meeste deelnemers putten uit reeds bestaand werk. (...)Zijn het de presentatieteksten van Korteweg en Pyrijns die de hele nacht al weinig inspirerend waren? Zeker: een kwinkslag hier, een woordspelinkje daar, maar wat de werkelijke urgentie is van het gebodene komen we in de aankondigingen maar steeds niet te weten. Misschien is die urgentie bij sommigen wel helemaal niet aanwezig? De gedichten van Benali, geinspireerd op de zeven hoofdzonden, mogen dan enigszins cynisch en rauw aandoen, al wat blijft hangen zijn flauwiteiten van het type: 'Wie een grotere heeft dan ik, wil die opstaan om te bewijzen dat hij uit zijn nek lult.' Men moet daarbij onwillekeurig terugdenken aan het gedicht van Stitou waarin hij de poëtische helden van weleer bezong, bij wie er heel wat meer op het spel stond dan dit soort oubolligheden. Vaandrager, Arends, Moonen, waar zijn jullie? (bron: http://www.vpro.nl/nacht2004) Oordeel zelf en beluister de voordracht via bovenstaande uitstekende website! terug naar boven Door liefde geïnspireerd (...)Want hoe anders is de jonge generatie die op deze Nacht van de Poëzie zo goed vertegenwoordigd was. Alcohol, drugs en de zelfkant van de maatschappij vormen geen onderwerp meer, het is de liefde die jonge dichters als Dimitri Verhulst (1971), Tjitske Jansen (1971) en Tsead Bruinja (1974) inspireert(...) (bron: Volkskrant,29-03-2004) terug naar boven Eerst bevlogen later gematteerd door Annette van den BoschHet is jammer dat op dat moment de avond (na de voordracht van Mustafa Stitou - red.) niet werd besloten, want de voordracht van Abdelkader Benali als sluitstuk was niet best. Hij was duidelijk bijzonder gespannen. Ik hoop voor hem en het publiek dat zijn gedichtkeuze en voordracht bij de opening van de 25e Nacht van de Poëzie beter is. Als thema volgend jaar beveel ik aan 'lachend gras' uit Tsead Bruinja's liefdesgedicht, dat hij eerst bevlogen las in het Fries en dat hij vervolgens in gematteerde versie in het Nederlands voordroeg. (bron: De Meanderwebsite)terug naar boven Uit: De Nachten op slofjes Door Sasha Van der Speeten (...) Veel minder volk bij de Nederlandse dichter Tsead Bruinja die zich een onvervalste beat poet toonde. Hij bracht lieflijke, bitterzoete gedichten, met een rollende cadans en een razend ritme. Zelfs een vers in het Fries kon bekoren. (...) (bron: De Standaard, 02-02-2004)terug naar boven (...) Wie vroeg uit de veren was, kon naar het Tivoli Writers Block. Initiatiefnemer Jack Nouws verzamelde een bonte stoet literatoren om zich heen en liet daarmee zien dat literatuur ook cool kan zijn. Alleen al de manier waarop hij de mensen in de zaal aanspreekt - 'Dag Paradijsvogeltjes van me'- is een reden om hierbij te zijn. In het onderdeel 'Beeldspraak'
wordt tekst aan beeld gekoppeld en andersom. Terwijl dichter Tsead
Bruinja een verhaal in het Fries rapt over een grafdelver, lijkt
het of hij ronddoolt in de gewelven van een gigantisch kasteel.
Prachtig gedaan.
Dan zijn de dichters van de Poetry
Slam aan de beurt; in twee keer twee minuten strijden zij om de
gunst van hun gehoor. De applausmeter maakt uit welke dichter vandaag
het beste is. In een spannende eindstrijd wint Erik Jan Harmens
van Tjitske Jansen. (Trouw,
26-08-2002)
terug naar boven Kamagurka en bruinja grommen in het Fries Door Fedde Dijkstra Leeuwarden - "Mensen van twee meter komen nooit op het idee zich te verhangen. Ze begrijpen niet wat hoogte doet" Nee, dat was gisteravond niet de zoveelste quasi diepzinnigheid van Kamagurka. Het was een regel uit een voordracht van dichter Tonnus Oosterhoff. Drie Nederlandse dichters voor de pauze en een Vlaamse stand-up comedian erna, het bleek geen ongerijmde combinatie in de Harmonie te Leeuwarden. Eén verbinding was er op voorhand: spelen met taal en klanken kan heel vermakelijk zijn. Het was Landelijke gedichtendag. Voor de Stichting Literaire Activiteiten Leeuwarden aanleiding om bij schrijver Kees 't Hart drie dichters van zijn keus te laten aanschuiven: Tsead Bruinja (1974), Tonnus Oosterhoff (1953) en Nachoem Wijnberg (1961). De tendens dat Friese dichters in Groningen gaan wonen, zit daar soms een systeem achter, wil 't Hart van Bruinja wel eens weten. Nee dus: "Ik was nog geen Fries dichter toen ik in Groningen ging wonen. Toen was ik nog een Engels dichter. Denk ik...Dácht ik." Dat Bruinja's werk soms aan Amerikaanse blues doet denken, kan wel kloppen, zegt hij. Bruinja heeft veel Engelstalig werk gelezen van onder anderen Allen Ginsberg, Jack Kerouac en Walt Whitman. Maar Bruinja bedient zich ook vraag van het Fries, vooral omdat het zo lekker ruw klinkt: hij heeft er de laatste tijd "een soort grom" in ontdekt die hem erg aanspreekt. "Zo van: Blau as it hert fan in flamme slikket de see...", gromt hij even voor.Grommen in het Fries, dat blijkt na de pauze Kamagurka ook te kunnen. Hij ziet zijn teksten niet zozeer als absurditeiten, maar meer als extreem doorgevoerde logica. Zo maakt hij zijn eigen indeling van het dierenrijk: er zijn twee soorten dieren, dieren die je gemakkelijk en dieren die je moeilijk in tweeën kunt knippen. Daarover wisselt hij vervolgens met de zaal van gedachten. Een reiger is die gemakkelijk door te knippen? Dat hangt ervan af. Wat is dat eigenlijk in het Fries? "'t Hinget der fan ôf", leert de Vlaming vlot. Dat regeltje steekt hij in z'n zak om het te pas en te onpas weer te voorschijn te halen. "Jullie dialect en da van ons da's helemaal niet zo verschillend", stelt hij vast. Kamagurka's bewegingen en gelaatsuitdrukkingen op het toneel zijn precies die van de figuren die hij tekent: gekromde ellebogen, verstarde grimassen. Ze sluiten perfect aan bij zijn teksten, die hij grommend en fluisterend brengt, als lied ('Je sloeg mij met de hond van de buren'), als doktersmop of als toneelstuk ('Handbagage'). Navertellen is net als bij een cartoon eigenlijk onbegonnen werk: Kamagurka is een wandelende cartoon. Soms flauw en melig, soms tegen het geniale aan. Niet zo vreemd dat schrijver Gerard Reve de Prijs der Nederlandse Letteren die hij over de post ontving, naar Kamagurka heeft laten doorsturen om deze naar eigen goeddunken "op te waarderen". Kamagurka - Kama voor intimi, Luc Zeebroek voor de burgerlijke stand - komt op 28 februari voor de dag met het resultaat, vertelt hij desgevraagd. Er wordt dan een tentoonstelling van zijn schilderwerk geopend in het Stedelijk Museum te Amsterdam. Daar is dan ook de bewerkte oorkonde te zien. Op Kama's website kan iedereen intussen de grote literatuurprijs alvast op z'n eigen naam schrijven en uitprinten. Door tussenkomst van Kamagurka deelt volksschrijver Reve zo zijn bekroning met het volk. (Leeuwarder Courant, 01-02-2002) terug naar boven declameren
bij de koffieautomaat
door Reinier Spreen Academie Minerva had gisteravond weinig te bieden aan Raoul Thepen, Tsead Bruinja, Sieger M. Geertsma en Alan Joseph, tezamen het collectief ‘Gewassen’. Ze moesten het doen met de kantine van het gebouw. Hun multimediale show verloor bij voorbaat iets van het gewenste effect. De sfeer van verveelde koffiedrinkers hing er nog rond, en op de koop toe speelde de avondconciërge, die het liefst naar huis wilde, plagerig met het alarm.Groningen – Het enthousiasme van de drie podiumgangers – Joseph bleef achter de knoppen van beeld en geluid – maakte veel goed. Rond het thema ‘water’ brachten ze een voorstelling waarin woord, muziek en animatie bij tijd en wijle aangenaam samenvloeiden. Bruinja en Geertsma legden zich daarbij toe op de poëzie. Als vaak geziene gasten op de Groninger podia waren ze zichtbaar elke onwennigheid voorbij en declameerden ze goed verstaanbaar en met gevoel voor show hun teksten. Dat die niet altijd even goed aansloten bij het beloofde thema was in de gekozen vorm door de vingers te zien, spijtiger was dat ze soms zo’n waterval aan woorden uitstortten dat de gedichten in zichzelf leken te verdrinken. In het slechtste geval was alleen nog de vorm over om gevoelens op te roepen, en moesten de toeschouwers zich vooral verlaten op wat er achter de dichters geprojecteerd werd.FriesVooral de raps van Geertsma, die à la Paul van Ostaijen van kreten aan elkaar leek te hangen gingen niet zelden aan dit euvel ten onder. Bruinja deed het rustiger aan de odes van Tsjêbbe Hettinga, en weten in voldoende rust een mooie melancholieke sfeer op te roepen. Dat hij zich soms geroepen voelt om in het Fries voor te dragen is jammer; in één geval viel voor mensen die de oude taal niet machtig zijn niet meer op te pikken dan de woorden ‘vinex’ en ‘laminaat’.Beide heren werden in hun presentatie begeleid door Thepen, die zichzelf als instrument gebruikte en als ‘beatbox’ fungeerde. Zijn met de mond voortgebrachte drumgeluiden boden vooral voor Geertsma een goede ondergrond. De muziek die Joseph uit de computer toverde varierend van sjamanenzang tot hiphop en dance, werd er mooi door gecomplementeerd. Wat zijn gezongen intermezzo’s moesten voorstellen wist Thepen echter niet overtuigend duidelijk te maken. Sportmerkslogans als ‘everything is everything / so keep the rhythm flowing’ wekten de indruk dat hij ondanks zijn welcome bijdrage niet helemaal op zijn plek was in deze formatie (Nieuwsblad van het Noorden, 11-01-2002) terug naar boven HET WOORD = BEELD GEWORDEN RARE AVOND Nijmegen - Het had zo mooi kunnen worden, een
avond over de samengang van poezie, soundscapes, beeldende en videokunst,
met debat en performances. Toegegeven: de performances waren geslaagd.
De writers in residence Halter en Fierens, wederom begeleid door
contrabassist Nicolas Rombouts zetten geslaagde voordrachten neer
en vooral Jürg Halter wist op het eind van de avond met beklemmend
absurdistische gedichten het rumoerige publiek stil te krijgen.
Ook Arjen Duinker en Elvis Peeters droegen op waardige wijze hun
gedichten voor. En ook de strakke voordracht van het gedicht van
Albertina Soepboer door Tsead Bruinja en een van De Dichters uit
Epibreren (die in het zwart) mocht er wezen: een publiekslid vertelde
me dat gedicht 'een mix van analyse en passie' en 'een hoogtepuntje
van de avond' te vinden...((Liesbeth van Dalsum, Epibode, 21-11-2001)
terug naar boven friezen schrijven in taal van het hart In een Amsterdamse cultuurtempel luisterden honderden liefhebbers een middag lang naar Friese literatuur. ,,Fryslân boppe'', aldus de organisatie. Door Ward Wijndelts AMSTERDAM, 19 NOV. ,,Fries is de taal van het hart, Nederlands de taal van de bijbel.'' Zo verklaarde dichter Harmen Wind gistermiddag zijn liefde voor zijn moedertaal, het Fries. Hij deed dat in de goedgevulde Amsterdamse cultuurtempel Felix Meritis, waar op de manifestatie 'Vers uit Friesland' de Friese literatuur centraal stond. De Friestalige dichters, romanciers, muzikanten en theatermakers dwongen respect af bij het voornamelijk randstedelijke publiek. Aanleiding voor de dag, geïnitieerd door het Nederlands Literair Produktie-en Vertalingenfonds, was de kleine hausse aan Friese boeken die dit najaar in Nederlandse vertaling op de markt komt. Een daarvan, de dichtbundel Jij bent zacht als zomerregen, zorgde vorige week voor commotie, toen bekend werd dat dichter Eeltsje Hettinga de broer van Tjêbbe eist dat de complete oplage wordt vernietigd, omdat een gedicht van hem zonder toestemming werd gebruikt. Samensteller Jabik Veenbaas en Eeltsje voorkwamen echter dat er Frysk bloed de Keizersgracht invloeide. Er hing een gemoedelijke sfeer. Dat kwam door het Friese boekenmarktje en de boekenbus voor de ingang, maar ook door de dame met op haar wollen trui de Friese vlag, compleet met pompeblêden. Het ruim tweehonderdkoppige publiek boven verwachting groot was jonger dan bij een gemiddelde literaire bijeenkomst. Ook leken er aardig wat niet-Friezen te zijn. Toen presentator Gryt van Duinen, bekend van Omrop Fryslân, vroeg of de mensen die in Friesland woonden hun hand wilden opsteken, bleken dat er slechts dertig te zijn. Het aantal Friestaligen lag op ruim honderd. Maar Friestalig zijn betekent nog niet dat je het ook kunt schrijven, benadrukte de jonge dichter Tsead Bruinja (1974). Om het beperkte idioom van gesproken Fries te illustreren citeerde hij een denkbeeldige dialoog in de supermarkt: ,,Hé jo, hoe ist? / Ja, bêst. / Hoi. / Hoi.'' Dichter Margryt Poortstra sprak van een ,,onbekend gebied, wat je niet als spreektaal hebt meegekregen en zelf moet leren.'' Grote afwezigen bij het dichtersoptreden waren Albertina Soepboer en Tjêbbe Hettinga. Die laatste was door ziekte geveld te zien op video, net als de oude Theun de Vries. De romanciers lazen, net als de dichters, voor in het Fries, terwijl de Nederlandse vertaling boven hun hoofd werd geprojecteerd. Een mooie oplossing, want daardoor werd duidelijk hoe melodieus de Friese taal kan zijn. Trinus Riemersma kreeg voor zijn optreden het eerste exemplaar van de vertaling van zijn roman Na de klap (Nei de klap) uitgereikt. Riemersma, een man met een woeste baard en tatoeages, wist zich nauwelijks raad met de aandacht. Ook Durk van der Ploegs verhaal De brief, over een oude man en zijn herinneringen, vormde een hoogtepunt. Het gesprek tussen schrijver Kees 't Hart en Foppe de Haan, coach bij SC Heerenveen, ging over sport en strips, en dan met name over de wondermidvoor Kick Wilstra. Het is een bewijs van de veelzijdigheid van de middag, die ruim zes uur duurde. Na het optreden van toneelgezelschap Tryater verdween het publiek langzaam van de zaal naar de bar, waardoor de muzikanten niet de aandacht kregen die ze verdienden. De randstad was onder de indruk van de Friese cultuur. Zoals Friezin en Produktiefonds-directeur Rudi Wester het verwoordde: ,,Fryslân boppe!'' Tsead Brunja, fragment uit Brêgeman (Brugman / Bruidegom) uit de te verschijnen bundel De man dy't rinne moat (De man die lopen moet): wyldfrjemd wie sy net dy't my it nijs brocht fan dyn oankommend ferstjerren ik tocht dan sil ik sjonge sjonge om wat ik noch fan dy wit foar de helsdoarren wei te skuorren krij ik it ferjitboek op skoat en begjin út dit deade skrift dat ik net machtiger bin as hokker taal ek dy op te fiskjen Nederlandse vertaling: wildvreemd was zij niet die mij het nieuws bracht van je aanstaand sterven ik dacht dan zal ik zingen zingen om wat ik nog van je weet voor de poorten van de hel weg te slepen pak ik het vergeetboek op schoot en begin uit dit dode schrift dat ik niet machtiger ben dan welke taal dan ook je op te vissen (NRC, 19-11-2001) terug naar boven de vloeibare beat ‘Gewassen’ beleeft wedergeboorte op het podium door Petra Else Jekel We gingen zwemmen in een zwembad heel ver weg. Ik kende het al, want we waren er eerder geweest. Het had stroomversnellingen, bubbelbaden, bruggetjes en palmbomen. Het was mijn broers verjaardagsfeest en ik was ongeveer acht. In mijn groenblauwe badpak spetterde ik vrolijk in het rond, hapte na het plonsen van de glijbaan naar lucht, maar slikte water: chloorwater. We waren op de camping en het was mei. Ik
was nog steeds geen tien. Na het zwemmen in het rechthoekige bad was
het altijd al bedtijd. De holle zaal rook sterk naar chloor; langs
het bad liep een handig rooster.
We waren samen in het zwembad met de drijvende
speeldingen. Het was heel spannend want jij was mijn grote nicht.
Er was een bar met ijs en patat, maar we namen Slush Puppi; het was
in de jaren tachtig. Het ijzige goedje in groen, rood, blauw: ik kende
het niet en schrokte er van zoals van het zwemwater; en weer moest
ik kotsen.
Deze herinneringen aan zwembadwater in combinatie
met het drinken van Slush Puppi kwamen in mijn gedachten op tijdens
het bijwonen van de tekst- geluids- en beeldperformance van de Groningse
groep ‘Gewassen’ (ook wel gespeld als ‘gwssn’). De naam van de dit
najaar opgerichte groep doet vermoeden dat de vier heren – want dat
zijn het – zich van te voren met water en zeep goed onder de oksels
gewassen hebben om zo fris mogelijk over te komen op het publiek:
een Literair Lokaal vol aandachtige luisteraars die op de dinsdagavond
13 november naar de Schrijversschool te Groningen waren gekomen.
Dit (was)water was dan ook een van de centrale
motieven waar de ongeveer vijftig minuten durende voorstelling om
draaide. Het kwam in allerlei vormen terug: dichter/muzikant Tsead
Bruinja droeg in het Fries voor over het bevroren water in de Friese
vaarten en sloten waarop hij met een vader schaatsenrijdt; hiphopdichter
Sieger M. Geertsma ‘rappraatte’ in het Nederlands over het staalblauw
van een dreigende onweerslucht boven een op zee afstevenend schip;
human beatbox Raoul Thepen deed naast Engelse gedichten ook losse
letters die de haast vloeibare beat vormden die Geertsma en Bruinja
als ritme voor hun voordracht overnamen; tot slot Alan Joseph die
computeranimaties verzorgde van onder meer eendjes in een vijver en
een wasmachine.
De verwerking van al dat water in animatie, tekst
en muziek, werd afgewisseld met lollig bedoelde stukjes waarin de
als een soort mascotte gebruikte Slush Puppi (een hondje met het gelijknamige
drankje in zijn poot) werd opgevoerd. De Puppi bleek Duits te praten
en het oeuvre van Rutger Kopland – mystificerend opgevoerd onder zijn
eigen naam Rutger van den Hoofdakker – uit het hoofd te kennen, gezien
de Duitse Slushversie van het welbekende gedicht ‘jonge sla’. Hoewel
ik daarom wel kon lachen – maar betwijfel of de rest van het publiek
deze grap ook begrepen had, aangezien mijn lach de stilte akelig verbrak
–, vraag ik mij wel af wat deze grap aan het geheel toevoegde.
Water en vuur
Op het laken, dat dienst deed als projectiescherm
voor Josephs animaties, kwam een doos aangesprongen: een ‘beatbox’,
zoals de opdruk verried. Thepens hoofd kwam ook in beeld; zijn mond
at alle letters die vanuit de beatbox naar hem toe kwamen vliegen.
Ondertussen herkauwt de echte Thepen de p, t en k een beetje voordat
hij alles in een vloeiende mondbeweging door elkaar gooit in een ritme
en versnelt.
Even later verkennen Geertsma en Bruinja in duetten ‘het lichaam’, de stad’ en ‘het water’ in zinnen als: “het water
was de route, een kaart naar de sterren”, “drie dagen stilte is drie
dagen dauw”, “dit is Stad, ik ben Specht”, “het lichaam de stad, zijn
vingers graaien wereldas”. Er is sprake van een man die in een gevecht,
of in elk geval een dialoog verwikkeld met de voor hem belangrijke
elementen, zoals ook vuur: “blau as it hert fan in flam sliket de
see soms wakker” (blauw als het hart van een vlam slikt de zee soms
hevig).
De moderne stadsmens (man) heeft direct te maken
met “wetenschap, computers tellen 01010101, matchpoint, PowerPoint,
internet, geen plaats voor boeken” en vraagt zich af “zijn we niet
verdwaald?” Om weer grip te krijgen op het leven wordt het lichaam
in confrontatie met de elementen als oceaan en bliksem, water en vuur
gebracht. De narratieve sensatie die dat oplevert is het verhaal van
de voorstelling.
Een verhaal dat zich in meerdere lagen tegelijk
afspeelt: terwijl Bruinja in de microfoon spreekt, laat een tv continu
het beeld zien van het kleine cameraatje dat aan zijn mic bevestigd
is. Naast deze letterlijke verdubbeling de figuurlijke vertaling van
het verhaal in bewegend beeld. Tussen ruisend grijs door exploderen
er klokken, vindt er een celdeling plaats, danst er een man en zwemt
er een mens onder water.
Opeens is er alleen nog dit beeld en piano. Michiel
Rasker zet met wat romantische akkoorden een sfeer neer, terwijl een
verticale baan een koker van water suggereert, waardoorheen de man
een spoor van luchtbellen trekt. Heel langzaam zweeft hij door de
ruimte van het water, van boven naar onder, en verdwijnt. Het meest
geëigende wasmiddel dat aan dit water toegevoegd kan worden heet ‘Poëzie’.
Even later stapt de man uit de wasmachine, geheel gwssn, als heeft
het water hem herboren doen worden.
Het publiek krijgt na deze transendentale belevenis
wijn en water aangeboden. De vier ‘performers’ komen op en maken onder
hun welverdiende applaus nog snel even een flauwe grap – we mogen
de wedergeboren mannen blijkbaar niet al te serieus nemen. De aanwezige
televisiepers wil een praatje met hen maken en het publiek kan met
het tekstboek in de zak en een bijzondere, synesthetische ervaring
in het hart weer op huis aan – of naar de bar voor meer drank.
De Slush Puppi vond ik achteraf overbodig, want
de performance ontleent zijn betekenis nu juist aan dat verhaal over
de wedergeboorte door het water. Tenslotte kan de Slush in een chloorhoudend
binnenbad ook beter overgeslagen worden, omdat de maag daar erg van
in de war kan raken. (Opspraak,
De Groninger Literatuurkrant, november 2001)
terug naar boven
GEWASSEN IN LITERAIR LOKAAL Groningen - In een met apparatuur volgepakt Literair
Lokaal in de Schrijversschool te Groningen woonden 45 mensen het eerste
optreden van de formatie Gewassen bij. Ademloos luisterden en keken
ze naar de met overtuiging gebrachte voorstelling, die zo meeslepend
was dat sommige mensen er zelfs van in een trance raakten.
Gewassen bestaat uit dichter/muzikant Tsead Bruinja
(1974), dichter/kunstenaar Sieger M. Geertsma (1979), computeranimator/fotograaf
Alan D. Joseph (1979) en human beatboxer/kunstenaar Raoul Thepen (1980).
Ze brachten een mix van Fries- Engels-, Duits- en Nederlandstalige poëzie
en rap, live muziek en gevideobeamde animaties.
terug naar boven
Vooral in het begin van het optreden durfde het publiek nauwelijks te reageren, wellicht veroorzaakt door het straffe tempo waarin de verschillende 'nummers' elkaar opvolgden. Waardoor het mij ontging in hoeverre het publiek begreep dat het Duitstalige gedeelte bestond uit pastisches op verzen van Paul van Ostaijen en Rutger Kopland, opgehangen aan het thema 'Slush Puppies', en voorzien van briljante beelden door Alan Joseph. Die het hele optreden buiten zicht bleef, maar achter het scherm als een gek allerlei computers en apparaten bediende. Raoul Thepen, de human beatboxer, had een zeer fraaie beatbox-dialoog met Sieger M. Geertsma, waarbij beelden werden vertoond van een kartonnen doos die over de grond beukte en die na een tijdje moeiteloos overging in een beatbox-solo, en deze ging weer over in het volgende gedicht. Alle verzen werden op een bijkans bezwerende wijze gebracht door Bruinja en Geertsma - Bruinja deed ze grotendeels in het fries en Geertsma inhet Nederlands. Hoewel Nederlandse vertalingen bij de Friese verzen geprojecteerd werden, vond ik dat eigenlijk overbodig: de zangerigheid van de taal was genoeg om me mee te nemen in de algehele sfeer. Wie zich dan concentreert op de vertaling raakt daardoor uit de sfeer, wat erg jammer is. Want bij Sieger Geertsma's Nederlandse verzen kon ik in principe alles verstaan, maar nooit het hele gedicht volgen. Wat niet hinderde: de sfeer kwam over en net als bij het lezen van een goed gedicht, haal je er als je het hoort elke keer weer nieuwe dingen uit. Een paar soundbites: "Drie dagen stilte / is drie dagen dauw", "Vinex-woningen met kromme kronen op hun kruinen", "De orde van het bestaan / definieertechniek". Na ongeveer drie kwartier versterkte componist/pianist Michiel Rasker het gezelschap en nam met fijn pianospel de muzikale invulling voor zijn rekening. De 'Gewassenen' deelden vervolgens drankjes aan het publiek uit. Wat bij ieder het vermoeden deed rijzen dat dit de pauze was. Maar nee, het bleek het slot van een zeer verrassende en vernieuwende voorstelling. Gewassen: volgende voorstelling 23-11, Literatuurfestival de Wintertuin, Nijmegen. (Bart FM Droog, Epibode, 14-11-2001) De hete adem van de jeugd door Peter van Strien Het is bijna een verademing. Geen acrobatische hoogstandjes, flitsende lichtbundels en megawattende geluidsdecors in 'De Horizon'. De Jeugd Theater School houdt het klein. Een jonge visie op kunst en performance. Tegen negen uur stormt krijgshaftig, het jonge volkje aan. Een sirene loeit. Opgewekte kreten. Een jongen spuugt vuur. De hete adem van de jeugd. Poëzie dus vanavond. Wat is poëzie? Sieger M.G. en zijn gezellen weten het wel. Ook de jonge, hippe dichters bedienen zich van metaforen van tijd, vergankelijkheid en dood. Een meisje van twaalf roept voortdurend ondeugende dingen naar de performer. Ze hangt, in de kussens, tegen haar vriendje aan. Als het joch opeen "lekker ding" roept wordt hij door het meisje adequaat afgestraft. Jeugd en poëzie. Sieger M.G. produceert een stampende, dampende mix van vrije verzen die af en toe best mogen rijmen of lekker assoneren. Gitarist Tsead Bruinja voorziet de woeste woordenstorm van Sieger van stemmige akkoorden en is ook poeet, zelfs in het Fries. De piepjonge Raoul Tepen, getalenteerd rapper met een prachtige motoriek, verzorgt - als het zo uitkomt - met mond en handen de ritmesectie. Alan zit achter de knoppen en tovert flitsende filmpjes op een scherm. Totdat de stroom uitvalt en het hele programma naar de knoppen is. Het trio schakelt naadloos over op een andere krachtbron: een bewonderenswaardig improvisatietalent. Er zijn nauwlijks grenzen aan 'De Horizon'. Tot en met zondag elke dag iets anders. terug naar boven terug naar boven De bekende Friestalige auteur
Joop
Boomsma laat zich in zijn online-schrijversdagboek
bijzonder lovend uit over het werk van Friestalige auteurs te Groningen:
Goh!, dacht ik gisteravond. Tjonge! Ik heb dat niet
zo vaak. Dat ik denk met uitroeptekens. Maar ik had net de laatste sessie
meegemaakt van een ploeg Friese dichters/muzikanten uit de stad Groningen.
Een zeer interessant en eigenlijk ook wel vervreemdend gebeuren. Ik
was geestelijk geheel blank gaan zitten op zo 'n kerkbank in Theater
Romein: laat maar eens zien wat jullie - jonge honden - kunnen, mij
te bieden hebben. En gaandeweg werd ik meegenomen op de golvende stromen
van de klanken die over ons uitgestrooid werden: stem en muziek. Prachtig
vond ik het. Vooral de dialoog van Albertina Soepboer en Tsead Bruinja
vond ik indrukwekkend. Poëtisch van toon, klank - maar soms hard en
ook wel weer geheimzinnig van inhoud. Die muziek erbij, golvend maar
steeds dicht op het ritme van de tekst blijvend.
Hoe anders was trouwens de bijdrage van Meindert Talma. Bijna ontroerend kneuterig zijn zingzeggen, waarbij de klemtoon alle kanten uit leek te gaan. Ja, dacht ik - op die kerkbank - die Groningers zijn werkelijk bezig iets moois op te zetten. Ik trek mijn twijfels in, ruil die om voor een portie verwachting. Wellicht dat de nieuwe Friese literaire zon tòch in de stad Groningen opkomt. (Joop Boomsma, 17-2-2001, vertaling Cornelis van der Wal, 21-2-2001) In het Fries: (17-02-2001) - Gôh!, tocht ik justerjûn. Tsjong!
Ik ha dat net sa faak. Dat ik tink mei útroptekens. Mar ik hie krekt
de lêste sessy meimakke fan in ploech Fryske dichters/muzikanten út
de stêd Grins. In hiel nijsgjirrich en eins ek wol ferfrjemdzjend
barren. Ik wie geastlik hielendal blank sitten gien op sa'n tsjerkebank
yn Teater Romein: lit mar ris sjen wat jim - jonge hûnen - kinne,
my te bieden hawwe. En geandewei waard ik meinommen op de golvjende
weagen fan de klanken dy 't oer ús útstruid waarden: stim en muzyk.
Prachtich fûn ik it. Benammen de dialooch fan Albertina Soepboer en
Tsead Bruinja fûn ik yndrukwekkend. Poëtys fan toan, klank - mar soms
hurd en ek wol wer heimsinnich fan ynhâld. Dy muzyk der by, golvjend
mar hyltyd deun op it ritme fan de tekst bliuwend. Hoe oars wie trouwens
de bydrage fan Meindert Talma. Suver ûntroerend kneuterich syn sjongsizzen,
wêrby 't de klemtoan alle kanten út like te gean. Ja, tocht ik - op
dy tsjerkebank - dy Grinzers binne wier dwaande wat moais op te setten.
Ik lûk myn twifels yn, ruilje dy om foar in poarsje ferwachting. Faaks
dat de nije Fryske literêre sinne al yn de stêd Grins opkomt.
Ik wie dus op dat boekefeest, justerjûn yn Teater
Romein yn Ljouwert. Ik haw my út en troch plat drukke litten tusken
kloften skriuwers en sa, ik haw mei in giel briefke yn 'e hân it rûntsje
optredens belibbe (net allegear lykwols, ik die wol in kar), ik haw
my nét troch dat alderleafste mar o sa jonge famke ferliede litten
ta it keapjen fan it earste nûmer fan Kistwurk, ik haw my de earen
fan 'e kop lulle litten en sels withoefolle earen fol luld - it haw
in soarte fan skriuwersréuny meimakke. En ta myn eigen ferbjustering
fûn ik it gesellich. Faaks dat it dochs wat tafalt mei myn a-sosjalens.
Ut en troch. Want dat feest fan justerjûn wie in goed feest.(Joop
Boomsma, 17-2-2001)
terug naar boven Dit speelde zich af op 16 februari 2001 bij het Boekenfeest, de opening van de Friese Boekenweek 2001, waarover de Leeuwarder Courant op 17-2-2001 in het Fries berichtte: DRUK, DRUK FRIES BOEKENFEEST Leeuwarden- 'Zoveel mensen heb ik in jaren niet gezien op een Fries Boekenfeest,' riep uitgeefster Jelma Knol gisteravond uit in Theater Romein. Ze probeerde tussen de meer dan 250 andere bezoekers bij de tap te komen, maar gemakkelijk was dat niet. De nieuwe opzet, met alleen gasten op uitnodiging en een breed aanbod, is heel goed geslaagd. (...) In de theaterzaal kon men kennis maken met de Friese dichters en schrijvers uit Groningen, zoals Meindert Talma, Albertina Soepboer, Tsead Bruinja, Cornelis van der Wal en Nyk de Vries. Die hadden een band geformeerd, zodat het soms literaire popmuziek was, en dan weer lieten zien dat poëzie ook gek doen in groepsverband kan zijn. Het meest werd er gelachen om een dubbeloptreden van Cornelis van der Wal en de Groninger dichter Bart FM Droog. Van der Wal zei zijn gedicht 'Aai en sipel' regel voor regel in het Fries op, Droog gaf er, druk marcherend, steeds een Hollandse vertaling bij. 'Foar my in pikelhearring.' 'Voor mij een pekelharing'. Aanstaande woensdag begint de Friese Boekenweek, het boekenweekgeschenk Berjochten út Boedapest van Douwe Kootstra, is gisteravond ook officieel aangeboden. (vertaling: Albertina Soepboer, bron Epibode, 18-2-2001) terug naar boven Door REN+ MEGENS
ARNHEM - De eerste Arnhemse poetry slam was niet
zozeer een veldslag tussen dichters als wel een slijtageslag voor
de toeschouwers. Bijna vier uur lang werd het alsmaar in aantal afnemende
publiek bestookt met allerlei soorten gedichten en niet van humor
gespeende, maar soms te lange aankondigingen van Pef D & Wottafuk.
Echt door de mand valt pauze-act Bakboord en Stuurboord.
Hun raps zijn puberaal en ontberen elk niveau. Dat bezitten de twaalf
dichters (m/v) wel. In meer of mindere mate. Tien opvallende aspecten
van een marathonzitting.
1. Poëzie in wedstrijdverband is een serieuze zaak.
2. Moeders nemen een speciale plaats in bij de dichtende medemens. 3. Dichter Ilja Pfeiffer is vanwege zijn kritiek op extraverte collega's de gebeten hond bij hen. 4. Friestalige poëzie kent voor niet-Friestaligen een mysterieuze melancholie. Tsead Bruinja toont dit aant. 5. Ook dichters worden geplaagd door onhandigheid. Aandoenlijk is de in podiumlicht badende debutante Marije Langelaar uit Arnhem. ,,Ik zie jullie niet, maar ik geloof dat jullie mij wel zien.'' 6. Pure poëzie wint het van getoonzette gedichten, want landschapsdichteres Albertina Soepboer (krachtige intimiteit) en de anekdotische Ronald Ohlsen worden door het publiek op de eerste plaats van deze poetry slam gekozen. Zij mogen een avond in het komende literatuurfestival De Wintertuin inrichten. 7. En niet dichter/pianist Arjan Witte, de Randy Newman-variant die geconcentreerder bezig is dan 's middags in de bibliotheek in Arnhem. Voor tien mensen. En of de Landelijke Gedichtendag leeft in Arnhem. 8. Ook Tommy Wieringa valt buiten de prijzen, hoewel hij gezien zijn act met een plankenkoortsvrije fotograaf het best improviseert. Aantrekkelijke stem en onderwerpen overigens. Peer Wittenbols leest door hem vertaalde gedichten voor. Daartoe behoort onder meer een deel van 'Koning Lear' van Oostpool. Dat belooft wat. 9. H.H. ter Balkt focust op werk uit de jaren zeventig. De oude meester doet buiten mededinging mee aan deze poetry slam. Hij maakt indruk met een aristocratische en fantasierijke aanpak. Toppunt: zijn gedicht over de Schelde. 10. Hectischer opereren de Dichters uit Epibreren die vanwege het blaaswerk meer dan eens als een poëtische suspense-variant van Tuxedomoon klinken. Deze act heeft het hoogste rock & roll-gehalte op een avond waarop de kwantiteit het wint van de kwaliteit. Volgende keer graag een andere winnaar in dit verband. Poetry slam met H.H. ter Balkt, Maria Barnas, Tsead
Bruinja, Dichters uit Epibreren, Petra Else Jekel, Marije Langelaar,
Ronald Ohlsen, Hagar Peeters, Albertina Soepboer, Tommy Wieringa,
Arjan Witte en Peer Wittenbolt. Gezien: 25/1 Musis Sacrum, ARNHEM.
terug naar boven Over optreden tijdens 'U hoort nog van ons' (Groningen, 2000) Door Bart FM Droog (Vera Krant, 2000) '.....als je als dichter op een poppodium staat zul je toch enige concessies aan het publiek moeten doen. Zoals de Friese talige dichter Tsead Bruinja deed, waarvan onlangs de bundel De wizers yn it read verscheen (uitgeverij Bornmeer, Leeuwarden). Net als dat van zijn bundel een Nederlandse vertaling verkrijgbaar is, downloadable bij zijn uitgeverij http:/www.bornmeer.nl/, leverde hij vertalingen bij zijn intense gedichten, in een moordend tempo gebracht. terug naar boven terug naar boven |